publication

Dit artikel is eerder verschenen in Delta.


De geboortedag van de universiteit

De geboortedag van de universiteit

Op 8 januari 1842 werd de voorloper van de universiteit opgericht, de ‘Koninklijke Akademie ter opleiding van burgerlijke ingenieurs zoo voor 's lands dienst als voor de nijverheid en van kweekelingen voor den handel’. De oprichting van deze school kent een lange voorgeschiedenis.

Tot ver in de negentiende eeuw was de ingenieursopleiding nauw verbonden met de militaire opleiding tot genie (verwant aan het woord ingenieur) of vestingbouwer. Een belangrijke uitzondering daarop was de Leidse ingenieursschool, die van 1600 tot ongeveer 1669 bestond aan de Universiteit Leiden. Daar werden - uitzonderlijk voor die tijd- lessen in het Nederlands gegeven, en niet in het Latijn zoals in die tijd op universiteiten gebruikelijk was.

Rond 1800 groeide de vraag naar degelijk technisch onderwijs. Moest er, naar Frans voorbeeld, geen École Polytechnique komen? Het werd overwogen, maar hij kwam er niet. Toen Nederland zich in 1813 bevrijdde van de Franse overheersing werd in Delft een militaire Artillerie- en Genieschool opgericht. In 1829 sloot deze school door ruimtegebrek en ruzie alweer haar deuren en moesten kwekelingen in Breda naar de Koninklijke Militaire Akademie.

Er volgden verschillende initiatieven om een school voor hoger technisch onderwijs te stichten, maar het zou tot 8 januari 1842 duren tot Koning Willem II in samenspraak met zijn adviseur, de ingenieur Antoine Lipkens, een Koninklijk Besluit ondertekende dat in Delft een Koninklijke Akademie opgericht zou worden. Lipkens zette zich al veel langer in voor de oprichting van een instelling voor hoger technisch onderwijs.

De koning gaf Lipkens opdracht om de opening van de school voor te bereiden. Het rijk zegde een eenmalige subsidie van tienduizend gulden toe. Lipkens ontwikkelde een onderwijsplan en stemde dit af met de opleiding in Breda. Ook stelde hij toelatingseisen op voor de leerlingen. Het collegegeld werd vastgesteld op tweehonderd gulden per jaar. De academie bood haar leerlingen een vierjarig programma waarbij een studiejaar tien maanden duurde.

Op 4 januari 1843 werd de Koninklijke Akademie officieel geopend. Lipkens werd directeur en bleef dat tot in 1846, toen hij met pensioen ging.